Tequila/Mezcal
Tequila is de ‘bad boy’ onder de distillaten, veelal gedronken vanwege het exotische karakter. Wie tequila ruikt, ruikt Mexico. Een decadente mix van bloemen, kruidigheid, rijp fruit en Spaanse peper, de geur van Agave. Voor tequila wordt de blauwe agave gebruikt. De betere tequilas volledig (100% puro de Agave) en in andere gevallen deels (Tequila Regular of mixto).
De kwaliteit van een tequila staat of valt bij de kwaliteit van de gebruikte agave, waarbij herkomst en terroir een rol spelen. Een belangrijk onderscheid hierin is dat tussen highland tequilas (fruitiger) en lowland tequilas (meer aards en robuust). Van de agave worden de bladeren zo dicht mogelijk bij het hart (de piña) afgesneden, aangezien de bladeren een ongewenste bittere smaak geven. De piñas worden in een oven of snelkookpan verhit zodat zetmeel zich omzet in vergistbare suikers. De langzamere verhitting in een oven geeft over het algemeen de betere resultaten. Na vergisting en distillatie kunnen tequilas ook nog gerijpt worden (reposado of añejo). Waar tequila een beschermde herkomst heeft en altijd van blauwe agave wordt gemaakt, kan mezcal door heel Mexico gemaakt worden en worden verschillende soorten agave gebruikt. De piñas worden eerst geroosterd wat een gerookt karakter aan de mezcal geeft.